Wednesday, December 08, 2010

 

Jazz (slot)


Links: Roland Kirk

Rechts: Luis Armstrong







Jazz muziek wordt niet gespeeld zoals klassieke muziek. Het is op de eerste plaats “a language of emotion” ( Charles Mingus). De negers gebruikten instrumenten als verlengstuk van hun stem. Na de burgeroorlog in Amerika (1865) werden veel muziek instrumenten goedkoop aangeboden. De fanfares die in het leger mars muziek speelden waren niet langer actief. Men maakt niet zo zeer muziek maar men vertelt zijn verhaal. “Music happens to be an art form that transcents language” ( Herbie Hancock). Daarom wellicht ook het bekende gezegde van Louis Armstrong: “If you have to know what jazz is, you never know). Jazz muziek is dus op de eerste plaats een manier om zich uit te drukken. Tijdens de solo's improviseert men en vertelt men zijn verhaal. What you can't say with your voice, you can with your horn. Daarvoor zijn geen woorden nodig maar het gezegde is : “Jazz music is a universal language with no need for translation”. Daarom is de saxofoon een zeer geliefd instrument in de jazz muziek. Men herkent de speler aan zijn eigen stijl en geluid, juist zoals dat met de stem het geval is. Een ander gezegde is daarom “it's not important what you say, but how you say it”. Het zogenaamde scat singing wordt in de jazz muziek vaak gedaan. Men zingt geen woorden maar alleen klanken. Dit wordt ook wel speaking with tongues of glossolalia genoemd, afkomstig van het Griekse glosso dat tong betekent en lalia dat spreken is.


De typische kenmerken van jazz muziek zijn:

1) de improvisatie. Bij de kleinere groepen die vaak combo's genoemd worden begint men gezamenlijk met een melodie om vervolgens een voor een te improviseren op het thema. Op het einde speelt men weer gezamenlijk de melodie. De combo's bestaan uit een trio, kwartet, kwintet of septet. Bij de big bands wordt evenals bij klassieke muziek “van papier” gespeeld. Enkele mensen komen naar voren en spelen, voor het orkest staande, een min of meer geïmproviseerd solo. Het orkest speelt dan vaak een zogenaamd riff. Een riff is een steeds herhaald kort thema. Hier wordt het “call and response”principe gebruikt wat herinnert aan de spirituals en gospels.

  1. De polyritmiek. Men gebruikt meerdere ritmes door elkaar die vooral door de drummer worden geaccentueerd.

  2. Syncoperen. Het is als het ware het onderbreken van het ritme door verschillend nadrukken te leggen. Het heeft een lichamelijk effect. Men is geneigd om te bewegen met de voet of om te dansen. Er wordt daarom wel gezegd: klassieke muziek luister je met je hersenen en jazz muziek met je lichaam. Juister zou zijn dat je klassieke muziek luistert met het pre-frontale hersengedeelte, waar de cognitie plaats vindt en jazz muziek meer met het motorische gedeelte dat dorsaal boven in de hersenen ligt. Bij jazz is timing zeer belangrijk. Jaap van Zweden liet tijdens het programma zomergasten van de VPRO op 30 augustus 2009 het lied “Nancy with the laughing face” van Frank Sinatra horen als voorbeeld van perfecte timing.

  1. Call and respons. Op dit principe berust de herhaling die vaak in de jazz muziek voorkomt. De solist praat en de anderen antwoorden. het is hetzelfde als in de kerk waar de priester bijvoorbeeld de heiligen bij naam noemt en de mensen roepen “ora pro nobis”. Bij de big bands spreekt men dan van een riff ( ostinato). Ook hier vertelt de solist zijn verhaal en het orkest beaamt dat met een steeds herhaalde frase.

  1. Het “grappig”doen is ook lang gebleven. Zie bijvoorbeeld Louis Armstrong, Dizzie Gillespie, Clark Terry en Roland Kirk die op drie instrumenten tegelijk speelt. Het is een element dat overgebleven is uit de tijd dat de Afro-Americans in de begintijd voor de blanken speelden. De blanken kwamen niet voor de muziek maar voor het clowneske van de negers.

, 5) Het spelen van ballads is ook typisch voor jazz. Het is niet hetzelfde als een ballade in de

klassieke muziek

Een ballad is melodieus en emotioneel heeft een intieme sfeer.



Comments: Post a Comment

<< Home

This page is powered by Blogger. Isn't yours?