Friday, July 20, 2007
proberen gezond oud te worden
Rechts: jeanne Calmet uit Arles Frankrijkj op 122 jarige leeftijd
Links; "stone age"jager van het Onge ras op Andaman eilanden ten Noorden van Sumatra
SAMENVATTING
De mens is ongeveer twee miljoen jaren jager-verzamelaar geweest. Zijn dieet was vrij constant wat biologische voedingselementen betreft en dit zogenaamde paleo-dieet wordt ook nu nog bij primitief levende volkeren overal ter wereld aangetroffen. In de loop van de tijd heeft de mens zich evolutionair aan dit dieet aangepast. Dit dieet kenmerkt zich onder andere door een bepaalde verhouding van verzadigde en onverzadigde vetzuren. Ook de essentiële vetzuren Omega-6 en Omega-3 hebben een vrijwel gelijke verdeling.
De moderne mens, vooral in de Westerse ontwikkelde landen, wijkt sterk af van dit dieet, met alle gevolgen van dien. Vooral de bloedvaten ondervinden de kwalijke gevolgen van de moderne voeding, die rijk is aan verzadigde vetzuren en een tekort heeft aan essentiële Omeg-3 vetzuren.
Hier komt nog bij dat de moderne mens veel langer leeft dan de jager-verzamelaar en veel langer de kwalijke gevolgen van dit evolutionair gezien, onfysiologisch dieet ondervindt.
Als hij daarom een bepaalde leeftijd bereikt heeft wordt hij dikwijls met kwalen geconfronteerd, die het gevolg zijn van een en ander. Hartinfarcten, beroertes, TIAs, oogafwijkingen en andere vasculaire aandoeningen, kunnen het gevolg zijn.
In het algemeen wacht men tot een dergelijke ziekte geconstateerd wordt en neemt dan therapeutische maatregelen (geneeskunde). De kans op afwijkingen is echter zo groot, mits men oud genoeg wordt, dat “voorbehoedkunde” wellicht meer voor de hand zou liggen. Men kan op de eerste plaats denken aan de voeding, die veel groenten, fruit en voldoende ruwvezel zou moeten bevatten. De vetten en oliën zouden niet uitsluitend uit verzadigde vetzuren, meestal afkomstig van dierlijk vet, moeten bestaan. Bovendien kan men extra Omega-3 vetzuren in de vorm van vis of met visolie gevulde capsules of anderszins nemen.
De professoren Wald en Law kwamen in 2003 met het voorstel om alle mensen boven de 55 jaar een polypil te geven. Deze pil bevat naast een cholesterol verlagend geneesmiddel (statine), 80 MG aspirine en 400 microgram foliumzuur. Bovendien een combinatie van bloeddruk verlagende geneesmiddelen.
INLEIDING
Ongeveer twee miljoen jaren geleden ontstond in Zuid-Oost Afrika de homo Erectus, uit de meer primitieve primaten soort, die homo Habilis genoemd wordt. Uit de homo Erectus evolueerde zich ongeveer honderdvijftig-duizend jaren geleden, de homo Sapiëns.
Zowel de homo Erectus als de homo Sapiëns waren jager-verzamelaars. Dat wil zeggen dat de mannen voor de voedsel-voorziening zorgden door te jagen en te vissen en de vrouwen zich met het verzamelen van vruchten en wortels en knollen en met het verzorgen van hun kinderen bezig hielden.
Er heeft zo in de loop van de twee miljoen jaren een evolutionaire aanpassing plaats gevonden, aan het dieet van de jager verzamelaar (het paleo-dieet) en daarom kan de mens lichamelijk slechts optimaal functioneren, als hij in grote lijnen dit dieet volgt.
Ook nu nog is het dieet van primitieve volksstammen wat biologische voedingswaarde betreft ongeveer overal hetzelfde. Bij de Eskimo's, de Papua's, de Aborigines, Indiaanse stammen in Zuid Amerika en primitieve stammen in Maleisië (zie foto links boven) en op de Andaman en Nicobar eilanden, ten noorden van Sumatra, bestaat het dieet wat biologische eigenschappen betreft uit ongeveer dezelfde voedingsstoffen. Om een voorbeeld te noemen, zijn de verhouding verzadigde vetzuren en onverzadigde vetzuren, bij deze volkeren, overal ongeveer hetzelfde. Ook de verhouding van essentiële vetzuren omeg-6 en omega-3 zijn biologisch optimaal. Geraffineerde suiker, die na consumptie direct in de bloedbaan komt en gezuiverd zout zijn naast gemodificeerd zetmeel in het paleo-dieet niet beschikbaar. Dit heeft gunstige gevolgen voor het goed blijven functioneren van de bloedvaten. Bij deze volksstammen ziet men dan ook zelden bloedvat afwijkingen in de vorm van arteriosclerose (aderverkalking) en de ermee gepaard gaande infarcten van hart, hersenen en perifere bloedvaten.
Vetzuren bestaan uit ketens van koolstof atomen (polymeren), die al of niet verzadigd zijn met waterstof atomen. Omega-6 vetzuren hebben op de zesde plaats vanaf het einde van het molecuul (vandaar de letter omega) op twee plaatsen geen waterstof molecuul. Vandaar spreekt men van meervoudig onverzadigde vetzuren. Hetzelfde geldt voor omega-3 vetzuren, maar dan ontbreken op de derde plaats vanaf het einde van het koolstofmolecuul de waterstof atomen. De bekendste drie omega-3 vetzuren zijn alfa-linoleenzuur (ALA) en EPA plus DHA
De twee laatste zijn Engelse afkortingen van chemische namen, die nauwelijks uitspreekbaar zijn.
De Engelse onderzoeker professor H. M. Sinclair (1910-1990) van de universiteit van Oxford, zag in het noorden van Canada al in 1944 dat Engelse en Canadese piloten vaker cholesterol deeltje in hun ogen en oogleden hadden dan de Inuït eskimo's die daar leefden. In 1956 kwam hij in Groenland tot de ontdekking dat een juiste verhouding van essentiële vetzuren van het grootste belang was. Essentiële vetzuren zijn stoffen, die het lichaam niet zelf kan synthetiseren, maar die met het voedsel moeten worden opgenomen, op dezelfde wijze als dat met vitamines het geval is. Belangrijke essentiële vetzuren zijn het eerder genoemde linolzuur, en de omega-6 en omega-3 vetzuren. Linolzuur dient als grondstof voor een tiental hormoonachtige vetten (lipiden), die bij bloedstolling, ontsteking en immunologische reacties een rol spelen. Linolzuur en het eruit gevormde arachidonzuur, zijn tevens belangrijke bouwstenen van celmembranen met name in de hersens en netvlies van het oog (retina).
Bij zijn onderzoek kwam professor Cinclair tot de conclusie dat de Eskimo's in Groenland zeer gezond waren en zelden door hart of hersen-infarcten (beroertes) getroffen werden, ondanks de enorme hoeveelheden vet die ze aten. Hij leidde hieruit af, dat niet de hoeveelheid vet belangrijk was, maar wel de juiste verhouding van de verschillend vetzuren. Vetten, waarvan de koolstof atomen met waterstof atomen verzadigd zijn, noemt men daarom verzadigde vetzuren. Zij zijn meestal afkomstig van dierlijke vetten, terwijl onverzadigde vetzuren van noten, fruit en lijnzaad, maar vooral van vette vis afkomstig zijn. Bovendien is dit vet van vissen en zee zoogdieren rijk aan essentiële omega-3 vetzuren, waarvan het belang voor de bloedvaten steeds duidelijker wordt.
In 1976 ging Sinclair terug naar Groenland en deed onderzoek samen met de Denen, Bang en Dyerberg. Zij constateerden dat de Eskimo's een abnormaal lange bloedingstijd hadden en bij een ongeluk vaak doodbloeden. Dit verschijnsel was reeds door de Noormannen veel eerder opgemerkt. De Eskimo's worden in Groenland daarom wel “nose bleeders” genoemd. Ook vonden zij bij deze Eskimo's, abnormaal hoge gehaltes van HDL cholesterol, de cholesterol soort, die meestal het goede cholesterol genoemd wordt.
(William E. Connor; Omega-3 fatty acids from fish and fish oil: panacea or nostrum? The American journal of clinical nutrition 2001; vol 74 pag 415. )
Later analyseerden Bang en Dyerberg de gegevens van 2400 Eskimo's in Groenland gedurende vier jaar. Zij konden slechts bij drie mensen die 78 jaar of ouder waren hartproblemen constateren.
Omdat professor Sinclair het ethisch niet juist vond om proeven met mensen te doen, besloot hij om honderd dagen lang het Eskimo dieet te volgen. Hij at uitsluitend zeehondenvlees, vis, week en schaaldieren en dronk alleen water. Na honderd dagen was zijn bloedstollingstijd zeer sterk toegenomen en had hij een optimale biologische verhouding van de verzadigde en onverzadigde vetzuren en cholesterol in zijn bloed.
Ook in het noorden van Canada hebben de Inuits (Eskimo's) , die hoewel onder invloed van de westerse levensstijl zich toch nog voor een groot deel aan het traditionele dieet houden, 50% minder ziekten van de coronair vaten van het hart, dan het gemiddelde van de bevolking in Quebec. Ook hebben zij een hoog gehalte van Omega-3 vetzuren in hun bloed.
Omega-3 vetzuren hebben, onder andere, een remmende werking op het stollen van de bloedplaatjes, die vergelijkbaar is met het dagelijks nemen van een kinderaspirine.
Op het eiland Okinawa in Japan wonen naar verhouding, de meeste goed-functionerende honderd-jarige vrouwen. De vrouwen op Okinawa hadden tot voor kort de hoogste levensverwachting ter wereld, namelijk 84 jaar bij de geboorte. Zij eten nog gezonder dan de rest van de Japanse bevolking. Zij eten twee maal zoveel vis en drie maal zoveel groenten, dan de rest van de Japanners. Intussen zijn veel Mac-Donalds geopend, ook op Okinawa.
De kleinkinderen van deze oma's uit Okinawa, zijn voor een groot deel van groene thee overgeschakeld naar Cola en eten ook hamburgers met friet zoals de andere kinderen in Japan en elders. Het gevolg is dat er nu even veel kinderen met vetzucht en de ermee gepaard gaande narigheid zijn als in de rest van Japan.
MET GEZONDE BLOEDVATEN OUDER WORDEN.
Ongeveer 40 duizend jaar geleden trok de homo Sapiëns naar het Noorden (Europa). Het duurde tot ongeveer 10 duizend jaar geleden dat de homo Sapiëns ook wel Cro-Magnon genoemd, langzaam landbouw en veeteelt leerde. Dit had grote gevolgen voor het dieet, dat langzamerhand geheel afweek van het oorspronkelijke paleo-dieet, waaraan hij gedurende twee miljoen jaren evolutionair was aangepast. In het paleo-dieet was de verhouding Omega-6 en Omega-3 vetzuren nog ongeveer 2/1 tot 5/1. Langzaam veranderde deze verhouding naar de 20/1 zoals die in de Westerse wereld normaal geworden is. In plaats van plantaardige vetten uit vruchten en noten, maar vooral uit vette vis heeft een verschuiving plaats gevonden naar dierlijke vetten, afkomstig van slachtdieren en melkproducten. De verzadigde vetzuren van het dierlijk vet en de geharde vetzuren in plantaardig vet, (transvetten), zijn verantwoordelijk voor de cholesterol vorming in de bloedvaten.. Ook het feit dat veel moderne voedingsmiddelen, te weinig omega-3 vetzuren bevatten en een overmaat aan omega-6 vetzuren, heeft aan deze onbiologische eetgewoonte meegewerkt. Daarom is de verhouding omega-6 / omega-3 wel 50 / 1 zoals wel in Amerika wordt geconstateerd en kinderen van 12 jaar kunnen, behalve vetzucht, al ouderdoms suikerziekte krijgen.
DE OMEGA VETZUREN
Vooral na de industriële revolutie is het voedingspatroon in de geïndustrialiseerde wereld veranderd. Als gevolg hiervan krijgt men veel verzadigde vetten binnen, en relatief weinig van de gezondere meervoudig onverzadigde vetzuren. Bovendien bevatten plantaardige oliën een overmaat aan omega-6 vetzuren en weinig omega-3 vetzuren, die vooral in vette vis ( visolie) en noten zit. Vroeger werd nog vaak minstens een maal in de week vis gegeten en éénmaal per jaar gedurende 40 dagen gevast (Katholieken) en elke dag een eetlepel levertraan rijk aan omega-3 vetzuren genomen. Tegenwoordig is daar in de Westerse landen vooral bij de minder gefortuneerde mensen fast food en snacks, vaak in grote hoeveelheden, voor in de plaats gekomen. Dikwijls worden de plantaardige oliën nog gehard door de onverzadigde koolstof atomen, chemisch te verzadigen met waterstof (hydrateren) zoals bijvoorbeeld in margarine, koekjes, brood en braadvet van snacks. Deze kunstmatig geharde vetten zijn nog veel nadeliger dan gewone dierlijke vetten zoals boter. Daarom is in Amerika het vermelden van de hoeveelheid geharde plantaardige vetten op de labels van voedingsmiddelen (zogenaamde trans vetten) sinds 2006 verplicht.
Klinische studies wijzen erop dat een goede verhouding tussen omega-6- en omega-3-vetzuren in de voeding belangrijk is voor de gezondheid van hart- en bloedvaten. Omega-3 en omega-6 worden via hetzelfde enzym systeem omgezet in biologisch werkzame stoffen, maar uit omega-6 vetzuren kunnen onder andere, schadelijke ontstekingsbevorderende stoffen gevormd worden, terwijl de 0mega-3 eind producten vaak biologisch zeer nuttig zijn. Zo ontstaan uit omega-3 vetzuren stoffen, die ervoor zorgen dat het bloed minder snel stolt. Ook verlagen ze de bloeddruk en zijn van groot belang bij het optimaal functioneren van het zenuw stelsel, wat belangrijk is om bijvoorbeeld vasculaire dementie en macula degeneratie op oudere leeftijd te voorkomen.
De omega-6 / omega-3 verhouding heeft daarom een belangrijke invloed op de uit deze vetzuren geproduceerde biologisch belangrijke enzymen en op deze manier ook de stofwisseling functies van het lichaam. Dit houdt in, dat omega-6 en omega-3 vetzuren in een evenwichtige verhouding moeten worden geconsumeerd. Onderzoekers gaan er van uit dat de ideale verhouding tussen de 3/1 en 5/1 ligt. Studies wijzen uit dat de voeding van de oermensen, rijk aan zeevoedsel, noten en andere omega-3-bronnen een dergelijke verhouding heeft gehad. Een typisch westers voedingspatroon heeft een omega-6 / omega-3 verhouding van tussen de 20:1 tot 30:1, dus dramatisch uit balans, met een overmaat aan omega-6-vetzuren. De meeste plantaardige oliën bevatten naar verhouding veel meer omega-6- dan omega-3-vetzuren. Voorbeelden zijn soja olie (slaolie) maïs olie en zonnebloem olie.
Reeds enkele jaren geleden deed de vereniging van Nederlandse cardiologen een verzoek aan de minister, om omega-3 in de vorm van visolie capsules voor hartpatiënten te vergoeden.
Onderzoekers van de Harvard Medical school onder leiding van Jeffreye Gilbard bestudeerden bij 32000 vrouwen het voorkomen van “dry eye” (droge ogen syndroom). Vooral bij oudere vrouwen na de menopauze komt dit veel voor. In Amerika lijden ongeveer 59 miljoen mensen aan dit verschijnsel. De onderzoekers zagen het verschijnsel “dry eye” 18% minder vaak voorkomen bij vrouwen die twee keer in de week vis aten. Bij de groep die zes keer vis in de week aten kwam het zelfs 66% minder voor. Dit is door meer onderzoek bevestigd geworden. Het zijn de meestal uit visolie afkomstige Omega-3 vetzuren, die vooral in de hersenen en de ogen belangrijk zijn.
Uit een onderzoek van 4519 mensen van 60 tot 80 jaar oud kwam naar voren dat patiënten, die aan macula degeneratie leden, minder omega-3 in hun bloed hadden dan degenen die vrij van dit verschijnsel waren. Aanleg, roken en leeftijd waren ook van groot belang. Bij macula degeneratie slijt de zogenaamde gele vlek, die het meest centrale deel van het netvlies vormt. Men kan dan slechter centraal scherp zien, waardoor lezen autorijden en televisie kijken steeds moeilijker wordt. In Amerika lijden ongeveer 15 miljoen mensen boven de 65 aan macula degeneratie. (Bazan et al; Role of Omega-3 fatty acids and DHA in adult health. Medscape Neurology, on line, 4-7-2007).
( Age Related Eye Disease Study (AREDS), Omega-3 fatty acid and fish intake may cut risk of macular degeneration; Arch. Ophthalmology 14-May-2007; vol 125 pag 671-679 )
Ook het vlees en vet van slachtdieren, die geen voedsel krijgen met een hoog gehalte aan omega-3 vetzuren zoals lijnzaad, hebben een overmaat aan omega-6 vetzuren in hun vlees en vet. Onderzoekers van de universiteit van Missouri, Columbia zijn er in geslaagd een gen van de worm C. Elegans dat omega-6 in het lichaam omzet in omega-3 te transplanteren naar het genoom van het varken. De transgene biggen hadden 5 maal meer omega-3 en 5 maal minder 0mega-6 vetzuren in het vet van hun spierweefsel. Het vlees van deze dieren kan in de toekomst belangrijk worden, omdat produceren van voldoende vis, steeds moeilijker wordt en bovendien vis steeds meer ongewenste bestanddelen zoals zware metalen (lood cadmium en kwik) bevatten. ( Liangxue Lai et al; Generation of cloned transgenic pigs rich in omeg-3 fatty acids. Nature biotechnology 2006 vol 24; published on line 26 march 2006.)
CHOLESTEROL
De lever synthetiseert 's nachts uit verzadigde, meestal dierlijke vetzuren het cholesterol, dat zich tussen de binnen en buitenwand van de bloedvaten kan ophopen. Dit gebeurt meer naarmate het aanbod van verzadigde dierlijke vetten via de voeding groter is, hoewel ook de erfelijke aanleg voor dit proces, een grote rol kan spelen.
Eieren bevatten weliswaar cholesterol, maar die worden door de lever niet zo intensief gebruikt voor de synthese van lichaamseigen cholesterol. Het cholesterol dat zich vastzet in de bloedvaten komt hoofdzakelijk uit de lever, die het uit verzadigde vetzuren synthetiseert. Bovendien bevatten eieren veel zeer nuttige voedingsstoffen zoals choline, dat als grondstof dient voor de opbouw van lecithine, dat het vastzetten van cholesterol in de aderen tegenwerkt. Ook de neurotransmitter acetylcholine, die uit de grondstof choline gevormd wordt, is van belang voor het zenuwstelsel. Gebrek aan choline kan spier zwakte en geheugen verlies veroorzaken. Eidooier bevat ook de kleurstoffen Luteïne en zeaxanthine, die door het netvlies van het oog worden opgenomen en het schadelijke ultra-violette straling weg filteren. Het ontstaan van macula degeneratie en staar wordt hierdoor vertraagd. Eieren bevatten ook folium zuur, dat gunstig is, in verband met het voorkomen van beroertes. In sommige supermarkten kan men tegenwoordig bovendien zogenaamde Columbus eieren en met omega-3 versterkte kuipjes boter en frisdranken kopen, die meer omega-3 bevatten. Bij eieren wordt dit bereikt door de kippen een hoog gehalte aan lijnzaad in het voer te geven.
Het cholesterol bestaat uit twee fracties. Een wordt high density lipoprotein genoemd (HDL). Het vetbolletje is omgeven door veel eiwit deeltjes (high density) en is daardoor zeer mobiel. Het kan als het ware de slechte cholesterol deeltjes mee naar de lever sleuren, waar het wordt afgebroken. Het slechte cholesterol heet Low density lipoprotein (LDL) en de cholesterol deeltjes zijn door weinig eiwitdeeltjes omgeven (low density) en daardoor veel minder mobiel. Ze blijven in de bloedvatwand hangen en vormen daar de zogenaamde plaque. ( lipo betekent vet en protein eiwit.) ( Lary Huston; Receptor offers clues to how good cholesterol works. Science vol 278; 14 nov, 1997)
Als de hoeveelheid cholesterol in de bloedvaten te hoog wordt, kunnen kleine stukjes door de binnenkant (intima) van het bloedvat in het bloed terecht komen en trombose kan het gevolg zijn. Vaker zal echter de vaatwand zodanig met cholesterol gevuld zijn, dat een bloed stolseltje het vernauwde lumen verstopt (trombose). Het weefsel zal dan geen bloed meer krijgen en sterft af. Het ontstane bloedeloze stukje weefsel, dat afsterft, noemt men een infarct. Veel voorkomende infarcten vinden plaats in de coronair vaten van het hart, maar ook de hersens en perifere bloedvaten zijn een voorkeursplaats. Soms zijn de stukjes, die de hersens bereiken klein en men spreekt van TIA's (Transient Ischemic Attacks). De gevolgen zijn vaak nauwelijks merkbaar, maar kunnen later, als men oud wordt, wel eerdere vasculair dementie en andere kwalen tot gevolg hebben. Het is van groot belang vooral bij oudere mensen om de bloedvaten zo gezond mogelijk te houden, omdat vroegtijdige vasculaire dementie ( dementie tengevolge van slechte kwaliteit van de bloedvaten) en het ontstaan van infarcten zoveel mogelijk dient vermeden te worden.
Onderzoekers van het Erasmus M. C. uit Rotterdam volgden 1015 mensen die tussen 60 en 90 jaar oud waren. Bij het begin van het onderzoek in 1995 vertoonden deze mensen geen verschijnselen van dementie, en ze werden neuropsychologisch onderzocht. Uit MRI foto's bleek dat er geen beroertes en TIA's waren geweest. In 2000 bleek dat mensen, die kleine onopgemerkte herseninfarcten (silent brain infarcts) hadden gehad, twee keer zoveel kans hadden om te dementeren.( Sarah Vermeer et al. Silent brain infarcts and the risk of dementia and cognitive decline, New England Journal of Medicine; vol, 348; March 27 2003) pag 1215-1222.
Alzheimer dementie wordt mede door familiaire, genetische aanleg bepaald, hoewel vooral in de Engelse literatuur, de begrippen Alzheimer en vasculaire dementie, dikwijls door elkaar gebruikt worden.
Als in de binnenwand ( de intima) van het bloedvat door slijtage kleine openingen of scheurtjes ontstaan, zullen de bloedplaatjes daar een korstje proberen te vormen, precies zoals ze dat ook doen bij een wondje op bijvoorbeeld de huid. Maar ook een korstje kan los laten en met de bloedstroom meegevoerd elders zijn nadelige gevolgen hebben. (trombose). Indien men de juiste verhouding van vetzuren heeft, zoals bijvoorbeeld bij de eskimo's en andere volken die zich voeden volgens het paleo-dieet, stollen de bloedplaatjes veel minder snel, en het is daarom mede verklaarbaar dat bij primitieve volken, trombose van hart en hersenen zelden voorkomen. Omega-3 vetzuren dringen rechtstreeks in de bloedplaatjes en zorgen ervoor dat het bloed minder snel stolt. Een zelfde effect kan ook met een kinderaspirine dagelijks te nemen bereikt worden.
Ook de honderd jarige vrouwen van Okinawa zijn significant minder vaak dement dan elders in Japan en de rest van de wereld.
Om nu de synthese van cholesterol in de lever, uit verzadigde vetzuren, tegen te gaan kan men 's avonds een tabletje nemen, dat de opbouw van cholesterol in de lever blokkeert. De groep geneesmiddelen, die het cholesterol in het bloed verlagen worden statines genoemd. Omdat de lever vooral 's nachts de vorming van cholesterol realiseert, neemt men het tabletje bij voorkeur 's avonds. Bekende statines zijn, simvastatine (Zocor), atorvastatine (Lipitor), rosuvastatine ( Crestor) en pravastatine (Selectine, Pravachol).
ASPIRINE
Ook is het verstandig om dagelijks een kinderaspirine te nemen om het stollen van bloedplaatjes te verminderen. ( Men spreekt wel ten onrechte van bloedverdunners)
Aspirine (salicylzuur) is reeds zeer lang bekend als pijnstiller en ontstekingsremmer. Het neutraliseert het enzyme Cox 2 dat er voor zorgt dat prostaglandines gevormd worden, die een rol spelen bij pijn en ontsteking. Men gebruikt bij het behandelen van pijn en ontsteking, tabletten van 500MG. In 1960 merkte men dat in lagere doseringen ( 80 tot 300MG) het ook de bloedstollingstijd verlaagde. In 1974 zagen onderzoekers van de universiteit van Cardiv in Engeland, dat geringe doses aspirine bij mannen met een hartaanval, herhaling van de hartaanval met een-kwart konden verlagen. Men ontdekte ook dat aspirine het enzym Cox 1 neutraliseert, dat nodig is om thromboxane te synthetiseren, een stof die nodig is om de bloedplaatjes te doen stollen. Langdurig dagelijks gebruik van lage doseringen van aspirine, zorgen ervoor dat de kans om dikkedarmkanker te krijgen met 20 tot 30 % verminderd wordt. Er zijn nu aanwijzingen dat ook borstkanker, eierstok kanker, keel en maagkanker er door verminderd worden. Men veronderstelt dat de kankercellen eerder afsterven (apotose) en zo minder kans krijgen zich verder te ontwikkelen. In het laboratorium kan men dit met kankercellen aantonen. Ook het begin van dementeren zou door aspirine vertraagd worden en voor een betere doorbloeding van de hersenen zorgen, mits lang van te voren dagelijks in lage dosering (80 MG) genomen.
Het schadelijke product van ontsteking, het CRP in het bloed wordt ook door aspirine verlaagd. Aangenomen wordt dat als men vanaf 50 jaar dagelijks een lage dosering aspirine neemt men de kans om gezond 90 jaar te worden, verdubbeld wordt. ( Gareth Morgan, An aspirin a day; New Scientist, 7 February 2004)
CHOLESTEROL VERLAGERS (STATINES)
In een artikel van het tijdschrift the New Scientist van 7 oktober 2006 staat een artikel over de cholesterol verlagende geneesmiddelen. Volgens dit artikel zouden de meeste mensen raar opkijken, als hun dokter alle mensen boven de veertig, die verder een normale bloeddruk, een normaal cholesterol gehalte en een normaal gewicht en dieet hebben toch het dagelijks gebruik van een statine zou voorschrijven.
Toch blijkt uit onderzoek van 90.000 mensen dat ook onder deze omstandigheden, de kans op een hartinfarct kleiner wordt, vooral als men rookt en (of) familieleden heeft, die al eens aan een hartinfarct of een ander bloedvat mankement (TIA of beroerte) geleden hebben. (James Kingsland; Statins for all; New scientist, 7 Oktober 2006)
Statines verlagen het cholesterol gehalte in de bloedvaten en dat is gunstig, ook al is het cholesterolgehalte normaal ( minder dan 3,5 mmol LDL cholesterol / liter ). Uit een publicatie in het medisch tijdschrift, The Lancet, bleek dat de kans op een hartaanval of beroerte met eenvijfde afnam per eenheid mmol / liter cholesterol. Statines werken namelijk behalve cholesterol verlagend, ook ontstekingsremmend en bloeddruk verlagend. Bij ziektes als reuma en MS, is dat een bijkomend voordeel. Omdat aspirine ook ontstekingsremmend werkt, worden de statines daarom wel eens de dure aspirines genoemd. Ook hebben statines een werking die overeenkomt met de werking van vitamine D. Ook dat is gunstig voor de bloedvaten en de kwaliteit van de botten. In Amerika komen minder bloedvatproblemen voor, naarmate de mensen op groter hoogte leven en dus meer ultraviolet licht ( en dus vitamine D) opvangen. Dit zou ook, voor een deel, kunnen verklaren waarom mensen in Frankrijk minder problemen met hart en bloedvaten hebben dan in Engeland ( dit wordt wel de French paradox genoemd). In het mei nummer van dit jaar van het tijdschrift CHEST; vol, 131 (no 5) 2007 pag: 1282 wordt door Vikas Khurana, van de universiteit van Philadelphia, en medewerkers de uitslag van een onderzoek gepubliceerd. Zij onderzochten van 1998 tot 2004, 483.733 hoofdzakelijk veteranen in 8 Amerikaanse staten. 33.8% gebruikten statines. Gemiddeld kreeg 1,5 % van alle proefpersonen longkanker. De kans om longkanker te krijgen was bij de mensen die langer dan een half jaar statines hadden gebruikt 55% minder dan bij de controle groep. Dit aantal steeg naar 77% bij een gebruik langer dan 4 jaar. Een belangrijk voordeel van statines is het feit dat ze ontstekingsremmend werken. Dit bracht een aantal onderzoekers op het idee, om het te gebruiken bij een eventuele uitbraak van het kippengriep virus H5N1, mocht dit onverhoopt zodanig muteren, dat het besmettelijk wordt voor de mensen onderling. Zoals bekend is het gepatenteerde antivirale middel Oseltamivir (Tamiflu) van de firma Roche niet voldoende beschikbaar bij een dergelijke catastrofe. ( Science; vol, 309, 23 Sept 2005 pag:1976). Uit onderzoek blijkt ook dat statines een gunstige werking hebben op de botgroei. Vooral oudere vrouwen lijden vaak aan osteoporose en langdurig gebruik van een statine kan botbreuk verminderen en de groei van botweefsel bevorderen. (Dan Ferber, Cholesterol drugs show promise as bonebilders. Science; vol, 288, 30 June 2000.
Amerikaanse onderzoekers zagen dat statines een gunstige werking op het hart-ritme hadden. Patiënten met een pace-maker hadden betere resultaten als ze statines namen . Er was minder sterfte, minder hartkloppingen en hart-fibrillatie. (Dr. Anant K Vyas, Statins may have anti-arrythmic properties; Journal of the American College of Cardiology: vol,47; no4 pag769, 21-febr. 2006)
De statines werden voor het eerst door Japanse onderzoekers uit bepaalde schimmels gekweekt in 1970. Het wordt nu steeds duidelijker, dat de statines niet alleen cholesterol verlagend werken, maar dat ze in het algemeen een gunstig effect hebben op de kwaliteit van de bloedvaten. Dit betekent dat vooral op latere leeftijd de kans op hartinfarcten, beroertes, TIA's en vasculaire dementie vermindert. In het algemeen hebben statines weinig bijwerkingen, maar soms kan spierpijn (myopathie) en zeer zelden spier beschadiging (Rhabdomyolyse) het gevolg zijn. Volgens de laatste publicaties zouden ernstige spier problemen slechts voorkomen in één op de 100.000 gevallen. Vaak wordt echter hoger gedoseerd dan nodig is en sommige statines werken in geringere concentraties. Zo hoeft men van bijvoorbeeld Crestor minder in te nemen, uitgedrukt in milligrammen, dan Simvastatine. Het is dan opletten om niet te hoog te doseren. ( Statins are remarkably save in : Week review, Mescape today, medpulse 20-06-2007)
Als statines zo schadelijk waren als door sommige mensen wordt verondersteld, zou het moeilijk voorstelbaar zijn dat het van alle geneesmiddelen het meest wordt verkocht. In 2004 werd er wereldwijd voor meer dan twintig miljard dollar aan statines gebruikt. Omdat de US patent protection in 2006 verlopen zijn van Zocor (simvastatine) van Merck en Pravachol (pravastatine) van BMS verwacht men dat dit bedrag in de toekomst met 8 miljard zal verminderen
DE SCHADELIJKE WERKING VAN ONTSTEKINGEN
Bij een besmetting met een virus of bacterie of na een verwonding, vormen cellen in de naaste omgeving zogenaamde cytokines, die er voor zorgen dat het gebied beter doorbloed wordt en het immuunsysteem wordt aangezet, om met een ontsteking te reageren op de plaats des onheils. Dezelfde cytokines activeren echter de genen (het DNA) in de binnenkant van de bloedvaten ( het epitheel van de intima) die er voor zorgen dat een begin van arteriosclerose ( aderverkalking) ontstaat. Dit is vooral bij chronische ontstekingen het geval. ( Bob Holmes; Fanning the flames. New Scientist; no 2448, 22 May 2004)
Bekend zijn stoffen als C-reactive protein (CRP) en homocysteïne, die bij ontstekingen gevormd worden. Deze stoffen hebben op de duur een zeer schadelijke werking op de bloedvaten. Het kan echter tientallen jaren duren voordat deze schadelijke werking zich manifesteert. In de lange ontstaansgeschiedenis van de mens was heftig reageren op verwondingen door het immuun systeem een voordeel. Door gevechten en contact met wilde dieren, waarop men jaagde, kreeg men vaak verwondingen. Omdat de mensen niet oud werden waren de nadelige effecten van een heftige ontsteking op de kwaliteit van de bloedvaten, niet erg. De mensen waren reeds eerder dood en de schadelijke werking van de gevormde stoffen kwamen nauwelijks aan bod. Tegenwoordig is dit evolutionair ontwikkelde verschijnsel een nadeel geworden. Immers men heeft nu weinig last van wonden en als die er zijn, heeft men antibiotica als oplossing. Omdat de mens nu meestal wel oud wordt heeft hij langer kans op ontstekingen, zoals van het gebit (gingivitis) of een chronische bronchitis of prostatitis. ( Short term benefit changed in a long term damage). Normaal is een laag CRP gehalte onder de 1 MG per liter, maar na een ontsteking kan het sterk stijgen. Uit Amerikaans onderzoek bleek dat vooral de familiegeschiedenis en het CRP gehalte belangrijke voorspellers waren, wat betreft het krijgen van cardio-vasculaire problemen. Men vond bij vrouwen met een gehalte van 0,1MG/L een risico van 4,9%, terwijl de vrouwen met een CRP van 20 MG/L een risico van 18,4 % hadden. ( Roger s. Blumenthal, Further improvements in CHD risk prediction for woman, JAMA, vol 297, 14 Febr. 2007 )
Omdat het CRP in het bloed niet afhankelijk is van de voeding, dag en nacht ritme enzovoort, is het een zeer betrouwbare voorspeller wat het risico van een hart lijden betreft. De concentratie van CRP in het bloed is een afspiegeling van de schade die door ontstekingen veroorzaakt wordt. Hoge CRP gehaltes in het bloed, hebben dezelfde voorspellende waarde als hoog cholesterol. Na een chronische ontsteking kunnen de CRP concentraties in het bloed nog tientallen jaren verhoogd blijven. Duitse onderzoekers van de universiteit in Ulm stelden vast dat er een lineaire verbinding bestaat tussen CRP gehaltes in het bloed en er op volgende plotseling hartfalen van mannen van middelbare leeftijd. Soms hadden deze patiënten normale of zelfs lage cholesterol gehaltes in hun bloed. Onderzoekers van de Harvard universiteit zagen hetzelfde bij vrouwen en vonden dat CRP gehaltes beter het risico van een hartaanval voorspelden dan cholesterol. De Duitse wetenschappers zagen dat het gunstig effect van aspirine beter was naarmate Het CRP gehalte hoger was. Datzelfde geldt ook voor statines, die evenals aspirine ontstekingsremmend zijn. ( Gerry Taubus, Does inflammation cut to the heart of the matter. Science; vol 296, 12 April 2002 pages 242-245)
Onderzoekers van de universiteit in Groningen zagen dat mensen die na langdurig gebruik van statines, stopten met het geneesmiddel, hogere CRP gehaltes in hun bloed kregen. Hiermede gepaard ging een verhoogd aantal cardio-vasculaire problemen. ( Pim van der Harst, Cardiology Scientific sessions; Atlanta 14-11-2006.)
In Engeland onderzocht men, in 350 huisartsen praktijken gedurende de periode van 1992 tot 1997, of er een verband was tussen antibiotica gebruik en infarcten van de hartspier. Vooral de tetracyclines bleken een gunstig effect te hebben bij bacteriële ontstekingen om later hartinfarcten te voorkomen. ( R. Meir et al. Antibiotics and risk of subsequent first time myocardial infarction. JAMA 1999, vol 281; Febr. 3 pages 427-431) .
Het remmend effect op ontstekingen zou kunnen verklaren waarom statines evenals bepaalde antibiotica verhinderen dat er schadelijke ontsteking producten gevormd worden, die schadelijk zijn voor de bloedvaten. Gebleken is dat ook bij mensen met een normaal of zelfs een laag gehalte cholesterol, statines er toch toe bijdragen om hartinfarcten en beroertes te voorkomen.
LEVENSSTIJL
Vanzelfsprekend kunnen een gezonde manier van leven zoals voldoende bewegen, een goed dieet, niet roken, twee glazen wijn per dag et cetera ook veel goed doen, maar een tabletje per dag is makkelijker dan je “lifestyle” veranderen, hoewel dit laatste ook van zeer groot belang is. Vaak is het bovendien zo, dat men zijn “lifestyle” wel kan veranderen, maar de nadelen van het moderne dieet hebben al van kindsbeen af schadelijke werking op het vaatstelsel uitgeoefend. Toch is gebleken dat mensen, die vanaf hun 45 ste levensjaar dagelijks minstens 5 stukken fruit en voldoende groenten nemen, regelmatig lichaamsbeweging hebben, niet roken en een body mass Index van 18,5 tot 29,9 hebben, daarna minder kans hebben op cardio-vasculaire problemen. ( D. E. King et al. Turning back the clock: Adapting a healyhy lifestyle in middle age; The American Journal of Medicine vol 120, 20 April 2007 pages 598-603)
Bekend is ook de Nederlandse studie uit Zutphen waaruit bleek dat mannen die meer dan 2,11 gram pure chocolade per dag aten wat lagere bloeddruk hadden en minder sterfte door cardio-vasculaire oorzaken, dan mannen die geen chocolade aten. Er werden 470 oudere mannen gedurende 15 jaar gevolgd waarvan eenderde deel geen chocolade at. Na 15 jaar waren 314 mannen van de 470 gestorven. (Hertog et al. The Zutphen elderly study. Dietary antioxidant flavonoids and risk of coronary heart disease. Lancet 1993 October 23; vol 342 pagina: 1007-1011)
Dit verschijnsel wijt men aan de werking van flavonoiden waar cacao rijk aan is en is later door meer studies bevestigd. Een zeer recente studie vond een gebruik van 6,3 gram pure donkere chocolade per dag gepaard gaan met een gemiddelde bloeddruk daling van 3 mm. Kwikdruk na 3 maanden. ( D. Taubert et al; Effects of low habitual cocoa intake on blood pressure and bioactive nitric oxide: a randomized controlled trial. JAMA 4 Juli 2007 vol. 298 no1 pag 49-60).
Ook het lichaamsgewicht is van belang. De body mass index van 20 tot 25 wordt meestal als ideaal beschouwd. Toch blijkt dat oudere mensen boven de 65 jaar met licht overgewicht met een body mass index van 25 tot 30 meer kans maken te overleven bij bepaalde ziektes. Bij ziektes kan men immers ernstig vermageren. Met wat overgewicht heeft men dan wat meer reserve en dat blijkt in de praktijk gunstig. De body mass index kan men berekenen door het lichaamsgewicht in kilo's te delen door het kwadraat van de lichaamslengte. (lengte keer lengte uitgedrukt in meters) Dit voordeel geldt niet voor mensen met een fors overgewicht, die aan een ernstige vetzucht (adipositas) lijden.
Een onderzoek van Dr. Polmans en medewerkers, van Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam volgde 5.950 hartpatiënten, die naar het centrum kwamen vanaf 1993 tot 2005. De patiënten werden gemiddeld zes jaar gevolgd. De verdeling, wat body mass index betreft, was 39% ondergewicht, 35% normaal gewicht, 24% overgewicht, en 20% vetzucht. De sterfte tengevolge van hartfalen was respectievelijk 33%, 35% , 24% en 14%. deze verschillen zijn statistisch significant. Deze gegevens wekten algemeen verwondering, maar zijn ook elders door onderzoek bevestigd. (Laxmi Mehta et al. Impact of body mass index. American Journal of cardiology 1 April 2007; vol 99. pag 906-910)
Als je de body mass index van jezelf wilt weten vul dan op Google in : BMI meter. Kies dan het tweede item: BMI-meter ( body mass Index, games. Voedingscentrum). Op de vraag ouder dan 19 zal meestal ja moeten volgen. U hoeft daarna slechts uw gewicht en lengte in te vullen en de index volgt vanzelf. Naar analogie van het gezegde van Darwin “the survival of the fittest, wordt daarom wel eens gezegd “the survival of the fattest”. Dit geldt alleen voor oudere mensen. Jongere mensen die ernstig aan vetzucht lijden (obesitas), zullen vaak aan suikerziekte gaan lijden en andere kwalen krijgen en zullen vaak niet oud worden. Voor hen geldt “the survival of the fattest” zeker niet. Het Amerikaanse gezegde “Many a man digs his grave with his teeth” is hier eerder op van toepassing.
In het algemeen spelen bloedvat problemen een grotere rol naarmate men ouder wordt. Is men de 65 jaar gepasseerd dan is het afwachten wanneer een hartaanval, TIA, beroerte of beginnende dementie zich zal manifesteren. Daarom kunnen statines juist voor deze mensen narigheid voorkomen. Dat geldt nog meer, als men bovendien een kinderaspirine neemt en indien nodig een bloeddruk verlagend middel. In Amerika lijden 70 miljoen mensen aan hartkwalen en per jaar sterven er één miljoen mensen aan een hartinfarct. 700.000 Mensen sterven per jaar aan een beroerte. Uit het rapport van de American Heart Association van 2000 blijkt dat 41% van alle doden in Amerika aan hartfalen te wijten is
DE POLYPIL
In 2003 kwamen de professoren Nicholas Wald van het Wolfson Institute of Preventive Medicin en Malcolm Law van de universiteit van Auckland in Nieuw Zeeland met het voorstel om mensen boven de 55 een wat zij noemden polypill te geven. Deze pil bevat een statine, een kinderaspirine, bloeddruk verlagende middelen en foliumzuur. De professoren zijn er van overtuigd dat hartaanvallen en beroertes met 80 % kunnen afnemen als deze pil trouw dagelijks wordt genomen. Zij gaan er van uit dat mensen boven de 55 wel gezond kunnen zijn, maar evolutionair biologisch gezien is een leeftijd van 55 en ouder eigenlijk abnormaal. Twee miljoen jaar lang werd de mens gemiddeld ongeveer slechts 30 jaar oud. Wald en Law keken naar de gegevens van 750 proeven, waarbij 400.000 mensen betrokken waren.( meta-analyse) ( Wald N.J. Law M.R. A strategy to reduce cardiovascular disease by more than 80%. British Medical Journal 28-june-2003; vol 326, pag 1419.
Tegenwoordig hebben één op de drie mensen boven de 55 hoge bloeddruk. Vaak merkt men daar niets van en hoge bloeddruk noemt men in Amerika de “silent killer”. In 2004 leden 72 miljoen Amerikanen boven de twintig aan hoge bloeddruk, waarvan 27 miljoen ouder dan 65. In 2004 stierven per 100.000 mensen 15,6 mannen en 14,3 vrouwen uitsluitend aan hoge bloeddruk. Voor de Afro-Americans waren deze getallen veel hoger.
HOMOCYSTEÏNE EN FOLIUMZUUR
Behalve cholesterol, de stolbaarheid van het bloed en de bloeddruk speelt ook de kwaliteit van de bloedvaten op zich een cruciale rol. Ontstekingen zijn zeer schadelijk voor de bloedvaten. Zoals eerder vermeld, worden bij ontstekingen stoffen gevormd zoals het C- reactive protein (CRP) en homocysteïne die de kwaliteit van de bloedvaten aantasten. Folium zuur neutraliseert het homocysteïne en wordt daarom door Wald en Law aanbevolen. Ook wordt het ontstaan van open ruggetjes (neurale-buisdefecten) bij baby's door folium zuur verminderd. Daarom zijn er in totaal 40 landen waar foliumzuur aan het brood wordt toegevoegd. In hoeverre het hart en hersen- infarcten tegengaat is echter in discussie. ( Patrick O”Callaghan; Homocysteine; Is it the end of the line? British journal of Cardiology, 2007 vol 14 no2 pag 69-70.)
Wel zijn er sterke aanwijzingen dat het risico voor beroertes verminderd door folium zuur. Als men het over langere tijd neemt kan het risico met ongeveer 25% verminderen. ( X. Wang; Folic acid supplementation lowers stroke risk. The Lancet 2007 June 2; vol 369: pag 1876).
Nederlandse onderzoekers toonden aan dat mensen tussen 50 en 70 jaar, na drie jaar 800 microgram folium zuur dagelijks te nemen, een beter geheugen hadden, beter informatie konden verwerken en minder cognitieve achteruitgang hadden dan proefpersonen die als controle dienden (placebo) ( J Durga et al. Folic acid may slow cognitive decline in old age. The Lancet vol 369, 20 jan 2007 ) Vooral in China hebben de mensen vaak hoge gehaltes homocysteïne in hun bloed. Nu het brood versterkt is met folium zuur zijn de beroertes met 37% afgenomen. (Steven D. Mark; Lower risk of hypertension and cerebrovascular disease after vitamine/mineral supplementation; American Journal epidemology 1996, vol 143, no 7 pag 658.) Ook in Canada en Amerika is sinds 1998 foliumzuur aan het graan toegevoegd. De sterfte door beroertes is ook daar afgenomen. In Canada was de afname van open ruggetjes gemiddeld 46%. De afname, in de verschillende streken van Canada, was groter naarmate er vroeger meer open ruggetjes voorkwamen. (P de Wals et al. Neural tube and folic acid fortification in Canada; New England Journal of Medicine vol 357 no 2 July-12 -2007)
De farmaceutische industrie zit echter niet op een dergelijke polypil te wachten. Men kan namelijk aan al die middelen afzonderlijk, zeker als er nog patenten op gelden, heel wat meer verdienen dan op een polypil, die in China of India voor een habbekrats gemaakt kan worden, omdat de patenten van deze middelen al lang verlopen zijn.
Tijdens het congres van cardiologen op 2 september 2006 kwam Valentin Fuster de president van de World Heart Federation met de mededeling dat In Spanje vanaf 2009-2010 deze polypil voor het eerst wordt toegepast. Inmiddels zijn ook in India proeven met de polypil begonnen.
In de oorspronkelijke polypil van Wald en Law worden een aantal geneesmiddelen in één tablet gedaan. Op de eerste plaats een statine ( 40 MG simvastatine) dan 80 MG aspirine (salicyl zuur) en 400 microgram folium zuur. Ook bevat de pil een combinatie van bloeddruk verlagende medicijnen. Men kan een keuze maken uit een beta-blokker, een plaspil, een ACE-remmer of een Angiotensin 2 receptor blocker en een Calcium channel blocker. Men kiest voor een combinatie van twee of drie van deze middelen, omdat men dan minder last heeft van bijwerkingen van de lage dosering van de verschillende middelen en toch een passende bloeddruk verlaging heeft. Het probleem van “non compliance”, waarmede bedoeld wordt dat zeer veel patiënten hun geneesmiddelen niet of niet regelmatig innemen, wordt hiermee aanzienlijk vermeden. Één tablet gaat nog wel maar de praktijk leert dat mensen die 5 à 6 tabletten per dag moeten nemen vaak snel afhaken. Dit probleem is veel groter dan wordt aangenomen, zoals uit onderzoek van de laatste tijd is aangetoond. Zo bleek 40% binnen één jaar te stoppen met het gebruik van statines. 15 % Van de mensen met hartfalen moet binnen één jaar na de ziekenhuis opname weer opnieuw naar het ziekenhuis. Bijna 50 % van deze her opnames was te wijten aan therapie ontrouw. ( bron: PROactief het blad van de stichting erfelijke hart en vaatziekten).
Jan Goossens Juli 2007.